Een man die graag verhalen vertelt, wordt door zijn vrienden de verhalenverteller genoemd. Hij heeft een raadsel bedacht voor een goede vriend (Holmes) van hem. Op een dag krijgt zijn vriend een pakketje thuis. In dat pakketje zitten drie dezelfde knuffels, met daarbij op een papiertje geschreven; ‘zoek de verschillen’.

Holmes ging meteen aan de slag. Hij pakte een meetlint en begon de knuffels te meten. Ze waren alle drie tot op de milimeter gelijk. Hij legde ze op de weegschaal: geen verschil!

Holmes telde de tenen van de knuffels, de draden in de stof, alles was gelijk en evenveel. Holmes bleef tellen, vergelijken, wegen. Toch moest er . . .

Zijn vrouw komt thuis en hij vraagt wat hij nog meer kan doen. Zijn vrouw geeft aan de knuffels van binnen te bekijken. Holmes zegt dat dan de knuffels kapot gaan en dat wil die niet. “Dan probeer ik het,” zei zijn vrouw.

Zij trok een haar uit het hoofd van de knuffel en stak het in het oor van de eerste knuffel. Het kwam er langs het andere oor weer uit. “Deze knuffel, is een eigenwijze knuffel”, zei de vrouw. “Alles wat hij hoort, gaat er langs het ene oor in en langs het andere oor weer uit.” Zij trok weer een haar uit de knuffel en stak het in het oor van de tweede knuffel. Er gebeurde niets. “Deze knuffel is een geleerde. Er gaat heel veel in, maar er komt weinig uit”, zegt de vrouw.

Holmes keek verbaasd toe. Als de vrouw dit ook bij de derde knuffel doet, komt het haar er bij de mond weer uit!
“Dit is de verhalenverteller! Alles wat hij hoort, komt er bij zijn mond er weer uit. Dat is het verschil!”

Holmes was sprakeloos. Het raadsel was opgelost. Toch had hij nog één vraag aan zijn vriend de verhalenverteller: “Het haar dat mijn vrouw in het oor van de derde knuffel had gestopt was glad. Maar op één of andere manier kwam de haar er gekruld en gedraaid uít die mond? Hoe kan dat dan?